Vastgoed actueel - NVB

De NVB is het niet eens met de vaste toetsrente voor hypotheken die korter dan 10 jaar vast worden gezet. Een klant die een hypotheek wil sluiten met een rentevaste periode korter dan 10 jaar, rekent voor de leencapaciteit met een toetsrente van 5 procent. Bij een rentevaste periode van 10 jaar of langer wordt de werkelijke rente gebruikt. Dat schrijft am:web. 

De NVB is het niet eens met de vaste toetsrente voor hypotheken die korter dan 10 jaar vast worden gezet. Een klant die een hypotheek wil sluiten met een rentevaste periode korter dan 10 jaar, rekent voor de leencapaciteit met een toetsrente van 5 procent. Bij een rentevaste periode van 10 jaar of langer wordt de werkelijke rente gebruikt. Dat schrijft am:web. 

De NVB constateert dat het mogelijk is dat consumenten geen rentevaste periode kiezen die past bij hun situatie, maar een rentevaste periode die past bij hun gewenste leencapaciteit. Volgens de NVB sluit slechts 5 procent van de consumenten een hypotheek met een rentevaste periode onder de 10 jaar. De branchevereniging wil als oplossing een gelijke toetsrente voor alle rentevaste perioden.

Deze week berekende De Hypotheekshop berekende wat het zou betekenen als bijvoorbeeld de gemiddelde hypotheekrente van de laatste 5 jaar zou worden gebruikt. Dan bedraagt de toetsrente momenteel 2,73 procent (10 jaar met NHG). Als gekozen wordt voor het gemiddelde van de laatste tien jaar onder dezelfde voorwaarden, dan loopt de toetsrente op tot 3,81 procent.

Randstad

Vorige week werd al duidelijk dat vooral huizenkopers in de Randstad kiezen voor relatief korte rentevaste periode. In provincies als Groningen, Friesland en Limburg liggen de termijnen gemiddeld ver boven de twintig jaar vast. Als verklaring noemde de Hypotheekshop toen ook de mogelijkheden om met een kortere periode de leencapaciteit te maximaliseren.

Bron: am:web